Hendrick Goltzius in het Rijksmuseum tentoongesteld.

Geplaatst op zondag 13 april 2003 @ 22:04 , 1346 keer bekeken

Wie Goltzius (1558-1617) naar hedendaagse maatstaven wil duiden kan het best wijzen op zijn kunstenaarschap en de positie van de kunstenaar in de samenleving. Rond 1600 vindt er een belangrijke verandering plaats in de Noord-Europese kunst onder invloed van de ontwikkeling in Italie. Kunst werd een zelfstandige, vrije beroepsuitoefing, en daarmee stond een zelfstandig esthetisch uitgangspunt voor de kunstenaar voorop. Wat tegenwoordig als vanzelfsprekend wordt gezien, de autonomie van de kunstenaar moet men zo'n vierhonderd jaar terug om de eerste aanzetten daartoe te zien. Haarlem loopt in Noord-Europa voorop in deze nieuwe ontwikkeling. Goltzius is er een exponent van. In zijn tijd werd Goltzius al vrij snel opgemerkt en werd gezien als een groot kunstenaar. Gedurende zijn leven dankte Goltzius zijn internationale bekendheid vooral aan de technische virtuositeit van zijn gravures. Geboren in wat nu heet Bracht-am-Niederrhein (D) in de buurt van Venlo in 1558. Hij leerde het vak van glasschilder van zijn vader. Op negentienjarige leeftijd In 1577 volgde hij de humanistische drukker Dirck Volkertsz. Coornhert, bij wie hij in de leer was, naar Haarlem. Twee jaar later trouwde hij met een rijke weduwe. Samen met Karel van Mander -afkomstig uit het Vlaamse dorp Meulebeecke, die zich in 1583 in Haarlen verstigt, en de man van het Schilder-boeck (1604), de bron voor de schilderkunst in deze periode - en Cornelis van Haarlem een academie oprichtte. Nieuwe uitgangspunten ten aanzien van beeldende kunst zijn zeker drijfveren. Tot 1600 houdt Goltzius vooral bezig met de kopergravures en tekeningen. Na een reis naar Italie (1590-91) richt hij zich veel meer qua onderwerpen naar de klassieken en de naturalistische vormgeving ervan. In ieder geval wijst hij de Nederlanden de weg van het Manierisme naar andere wegen. Hij bereikt in zijn prenten en tekeningen een ongekende perfectie: levensechte portretten, natuurstudies, en dit alles op een monumentaal formaat. En dat voor iemand die fysieke problemen had met zijn handen, iets wat met name bij de gravures tot bewondering kan leiden. Een probleem dat nadat zijn ogen hem in de steek laten, hem doen besluiten alleen nog maar te schilderen. Gedurende zijn leven dankte Goltzius zijn internationale bekendheid vooral aan de technische virtuositeit van zijn gravures. In het Rijksmusem word een overzicht getoond vanwege zijn levensechte portretten in gekleurd krijt, zijn meesterlijke weergaven van landschap en natuur en de vorstelijke pentekeningen op zeldzaam groot formaat, maar ook zijn gedurfde composities met naakte figuren in elegante houdingen die een wervelend lijnenspel opleveren van ongekende technische perfectie.

Ceres & Bacchus
Veel van Goltzius' tekeningen en schilderijen zijn pas in de laatste decennia herontdekt. Tegelijkertijd is steeds duidelijker geworden welke belangrijke rol de kunstenaar heeft gespeeld in de ontwikkeling van de Hollandse kunst rond 1600. Zowel voor de bloei van het Hollands maniërisme in de laatste decennia van de 16de eeuw, als voor de opkomst van het Hollands realisme en classicisme aan het begin van de Gouden eeuw is Goltzius een van de drijvende krachten geweest.
Venus en Adonis
Gracieus naakt Goltzius, afkomstig uit het Rijnland, was een van de vele emigranten die aan het eind van de 16de eeuw naar Holland kwamen en daar de kunst tot ongekende bloei brachten. In 1582 begon hij vanuit zijn nieuwe woonplaats Haarlem zijn prenten te verspreiden en doorbrak daarmee het monopolie van de Antwerpse prentuitgevers. Tot ca. 1600 publiceerde hij een kleine vijfhonderd gravures, waarvan er op de tentoonstelling zo'n zeventig te zien zijn. Het gaat hierbij zowel om prenten naar eigen ontwerp als naar tekeningen van tijdgenoten zoals Cornelis van Haarlem en Bartholomeus Spranger. Bij de productie hiervan werd hij bijgestaan door getalenteerde leerlingen als zijn stiefzoon Jan Matham, Jan Muller, Jacques de Gheyn II en Jan Saenredam. Naast de traditionele bijbelse thema's, nemen in Goltzius' prenten allegorische en mythologische onderwerpen een belangrijke plaats in. In zijn maniëristische kunst openbaart zich een wereld van erotiek en geweld. Bewegelijke, gespierde naakten zijn te zien op de vier Vallers naar ontwerp van Cornelis van Haarlem, en in de Grote Hercules (1589), een krachtpatser die in de grafiek zijn weerga niet kent. Gracieus naakt is te bewonderen in onder meer "De bruiloft van Cupido en Psyche" (1587), naar ontwerp van de keizerlijke hofschilder Bartholomeus Spranger. Met deze prent droeg Goltzius bij aan de internationale verspreiding van de maniëristische stijl. Zijn prenten uit de jaren 1587-1590 behoren tot de meest virtuoze uit de geschiedenis van de prentkunst. Het zijn gedurfde composities met naakte figuren in elegante houdingen die een wervelend lijnenspel opleveren van ongekende technische perfectie.
Antiope & Jupiter
Vanaf de jaren tachtig worden zijn prenten in heel Europa verkocht, gekopieerd en nagevolgd en zelfs naar Azië geëxporteerd. Uit zijn levensbeschrijving, te boek gesteld door zijn vriend de schilder Karel van Mander blijkt dat Goltzius zo bekend was dat hij tijdens zijn reis door Duitsland en Italië (1590-1591) zijn identiteit verborgen hield om niet te worden lastig gevallen. In Rome tekende hij antieke beelden en werk van renaissance kunstenaars zoals Michelangelo, Rafael en Polidoro da Caravaggio na, om deze later in prent te kunnen brengen. Na zijn bezoek aan Italië verdween de heftige maniëristische stijl uit zijn kunst. Zowel de meesters van de Italiaanse renaissance als de grote Noordelijke prentmakers Albrecht Dürer en Lucas van Leyden werden zijn voornaamste voorbeelden die hij trachtte na te volgen en te overtreffen. De zes gravures, bekend als de Meesterstukken (1593-1594) zijn daarvan het meest sprekende resultaat. Deze en andere ambitieuze werken, opgedragen aan Europese machthebbers, zouden zijn internationale reputatie nog meer versterken en Goltzius maken tot de beroemdste, levende kunstenaar van zijn tijd. In 1595 verwierf hij het Keizerlijk privilege, een soort copyright, dat zijn prenten moest beschermen tegen kopiisten. Behalve historiestukken tekende en graveerde hij vanaf het begin van zijn carrière prachtige en karakteristieke portretten, zoals dat van zijn jonge beschermeling Frederick de Vries (1597) met zijn eigen hond.
Antiope & Jupiter
Levensechte portretten Goltzius is één van Nederlands meest veelzijdige tekenaars. Meer dan vijfhonderd tekeningen zijn van hem overgeleverd, bestaande uit prentontwerpen, schetsbladen, landschappen en natuurstudies. Als maker van levensechte portretten zowel op miniatuurformaat in metaalstift als vrijwel levensgroot in gekleurd krijt (zie het Portret van Giovanni Bologna uit Haarlem), is Goltzius zelden geëvenaard. Zijn scherp geobserveerde weergaven van dieren en landschappen nemen een belangrijke plaats in binnen de ontwikkeling van het Hollandse realisme.
Venus, Ceres & Bacchus
Kunstige penwercken In dezelfde tijd als deze studies 'naar het leven', maakte hij ook zijn kunstige penwercken; grote, virtuoze pentekeningen, op papier, perkament of doek, bestemd voor vorstelijke verzamelaars, zoals Filips II van Spanje en keizer Rudolf II, de belangrijkste eigentijdse verzamelaar van Goltzius' tekeningen. Met de wonderbaarlijke techniek van een recent herontdekt penwerk op doek, Venus, Cupido en een sater liet Goltzius indertijd de kunstkenners aan het Praagse hof versteld staan. Het hoogtepunt van deze door de kunstenaar zelf ontwikkelde penschilderijen is de Bacchus, Venus en Ceres uit ca. 1606, een pentekening op doek die bijna twee vierkante meter beslaat. Hetzelfde thema verbeeldde hij in een krijttekening en een olieverfschets, die voor het eerst weer met elkaar verenigd zullen worden samen met de grandioze gravure die Jan Saenredam naar dit ontwerp van Goltzius maakte. Dergelijke werken vertegenwoordigen tevens de sterk erotische kant van Goltzius' oeuvre.
Lot en zijn dochter
Openlijke erotiek Omstreeks 1600 stopte Goltzius met graveren, verwisselde de burijn voor het penseel, en begon aan een loopbaan als schilder. Onder invloed van meesters als Rafael, Titiaan, Correggio en Veronese, streefde hij naar gewaagde composities en kleurstellingen die on-Nederlands aandoen. De openlijke erotiek van bijvoorbeeld de Danaë uit 1603 geeft ons een ander beeld van de Hollandse Gouden Eeuw. Dankzij recent onderzoek is het aantal schilderijen dat van Goltzius bekend is bijna verdubbeld en telt zo'n vijftig werken. Veertien daarvan zullen op de tentoonstelling te zien zijn. Naast de genoemde vroege werken is er het magistrale drieluik met Mercurius, Minerva en Hercules en Cacus uit 1611-1613, en de raadselachtige Allegorie uit 1611. In 1616, kort voor zijn dood, schilderde Goltzius Lot en zijn dochters en de recent ontdekte Zondeval, waarin hij in de imposante naaktfiguren de competitie met Rubens lijkt aan te willen gaan. De aandacht voor nieuwe artistieke ontwikkelingen en de wedijver met andere grote meesters is karakteristiek voor Goltzius' veelzijdige kunstenaarschap. Men put vooral uit de collectie van het eigen Prentenkabinet. Na Amsterdam reist de expositie door naar New York en Toledo.
Minerva
Hendrick Goltzius 7 maart t/m 25 mei 2003 Rijksmuseum Stadhouderskade 42 1071 ZD Amsterdam 020-6747047 Dagelijks van 10.00 - 17.00 uur


Welkom bij Clubs!

Kijk gerust verder op deze club en doe mee.


Of maak zelf een Clubs account aan: